De vee-industrie draagt bij aan de ongelijke verdeling van voedsel in de wereld. Dat doet ze door granen, land en water af te pakken van mensen die het juist zo hard nodig hebben.
Honger
Ongeveer één miljard mensen lijden elke dag honger. Er gaan meer mensen dood door honger dan aan AIDS, malaria en tuberculose bij elkaar. Dit is in sterk contrast met het overgewicht in de Westerse wereld, waarmee ruim 1,5 miljard mensen kampen. Om de wereldwijde honger en armoede uit te bannen (één van de millennium doelstellingen), zullen de Verenigde Naties alle zeilen bij moeten zetten. Hoewel kleinschalige veehouderij in ontwikkelingslanden bijdraagt aan het welzijn van 800 miljoen arme boeren biedt de grootschalige, intensieve veehouderij geen oplossing. Ze verscherpt de voedselcrisis juist.
De vraag naar voedsel
Wereldwijd leeft ongeveer twee derde van de landbouwdieren in de intensieve veehouderij. De dieren groeien op in een systeem dat gericht is op snelle groei en hoge opbrengst en is daarvoor afhankelijk van granen en soja. Melkkoeien leven van nature van gras, maar in de vee-industrie krijgen ze veel granen en soja. Deze gewassen bevatten veel voedingsstoffen en kunnen ook direct door de mens gegeten worden. In plaats daarvan worden ze op grote schaal gevoerd aan de landbouwdieren.
Meer dan 90% van de sojameel en 60% van de mais en gerst wordt gevoerd aan dieren.
De ontwikkelingslanden zijn de dupe
Competitie om voedsel is niet het enige probleem. Om de gewassen te produceren zijn grote stukken land nodig, zowel in de Westerse wereld als in ontwikkelingslanden. Soja groeit voornamelijk in ontwikkelingslanden en de grote vraag naar dit gewas veroorzaakt veel schade. Het afpakken van land van de mensen veroorzaakt gewelddadige conflicten tussen de bevolking, grote bedrijven en de overheid.
De voedselprijzen stijgen
En hier stopt het niet. In 2011 meldde de United Nations Food and Agriculture Organization (UNFAO, de voedselorganisatie van de Verenigde Naties) dat de voedselprijzen de laatste jaren omhoog zijn gegaan, als gevolg van de economische groei in enkele grote ontwikkelingslanden. Zo steeg de vraag naar vlees als gevolg van de toegenomen welvaart. Deze trend maakt het voor arme mensen steeds moeilijker om voedsel te kopen.
De grotere vraag naar granen om de dieren in de veehouderij te voeden leidt tot hogere prijzen voor voedsel. Dat dreigt daardoor steeds minder betaalbaar te worden voor arme mensen.