Gepubliceerd op 3-12-2020
Nertsenhouders mogen na sluiting hun land, stallen en stikstofruimte gebruiken voor andere vormen van vee-industrie. Dit is de teleurstellende uitkomst van de stemming van de Tweede Kamer afgelopen dinsdag.
Wij hebben er bij de politieke partijen op aangedrongen om dit te voorkomen. Meer dan 12.000 supporters steunden onze oproep. Verschillende partijen, waaronder de Partij voor de Dieren en de SP, pleitten in het debat maandagavond dan ook tegen de komst van nieuwe vee-industrie. De moties van GroenLinks, SP en D66 om de stikstofruimte van de nertsenhouderijen ten goede te laten komen aan de natuur werden dinsdag weggestemd.
Vanwege het hevige dierenleed moeten nertsenhouderijen verplicht sluiten. In verband met corona is de sluiting vervroegd; waarschijnlijk zijn eind van dit jaar de laatste nertsen gedood en worden de bedrijven gesloten.
De regering trekt meer dan 100 miljoen euro uit voor de nertsenhouders als compensatie voor de vervroegde bedrijfssluiting. Dit geld mag nu gebruikt worden voor andere vormen van vee-industrie, bijvoorbeeld om konijnen of kippen in kooien te houden. Het is zeer teleurstellend en niet alleen een ramp voor de dieren, maar ook voor het milieu, de natuur en de gezondheid. In Nederland zitten al veel te veel dieren opgesloten in de vee-industrie. Het is juist nodig om de veestapel drastisch in te krimpen.
In andere stoppersregelingen voor veehouders wordt wél de voorwaarde opgenomen dat op de plaats van het bedrijf het bestemmingsplan veranderd wordt en er geen veehouderij meer mag komen. Wij vinden dat dit ook in de regelingen voor nertsenhouders had moeten worden opgenomen.